dinsdag 21 juli 2015

Een ongewoon gesprek


Ik ben katholiek opgevoed.
Het kerkelijk gebeuren fascineerde mij van jongs af aan. Ik kon haast niet wachten tot ik actief kon bijdragen aan de liturgie en zodra mijn leeftijd toereikend was werd ik misdienaar. De teksten werden mij geleerd in het nabijgelegen nonnenklooster aan de hand van een boekje waarin alle gebruikelijk Latijnse teksten fonetisch waren opgeschreven - voor mij geen "mea culpa" maar "mee-aa koel-paa".

Na onze verhuizing naar Utrecht (ik was 10) - niet nadat ik afscheid had genomen van de kapelaan die mij bij wijze van dank een ontbijtkoek van "De Ruyter" meegaf - werd ik na misdienaar, acoliet en stapte nog wat later over naar het jongenskoor. Toen bij het breken van mijn stem zingen werd afgeraden, kroop ik achter het orgel. Dat beviel de dirigent/organist wel, dus tussen mijn 14e en 19e was ik organist.
De lagere school werd ingeruild voor de HBS.

Beeld en gelijkenis

Teach your children well by Michael Fitzsimmons
Eigenwijs was ik al, en het soort onderwijs leverde een nóg kritischer denken op dan ik van nature al deed. Ik kwam er al snel niet meer uit met mijn opvattingen over "het geloof", de kerkelijke leer en de in mijn ogen ronduit stuitende gebruiken als "aflaat" en ideeën rond vagevuur, hel en eeuwige verdoemenis. Die pasten niet in mijn rationele beeld. Evenals een voorstelling van God waarin de boel werd omgedraaid, niet wij geschapen naar "Zijn beeld en gelijkenis" maar andersom, inclusief het in mijn ogen zeer beperkte en bevooroordeelde menselijke denken. Ook een god die uiterlijk op een mens zou lijken - paste volkomen niet in mijn denken. En ik had problemen met opvattingen als "het enige ware geloof". Hoezo dan?

Ik ging in gesprek met de godsdienstleraar en met de kapelaan en we werden het niet eens. Dus het geloof ging aan de kant. Ik bleef wel naar de kerk gaan, per slot werd ik ervoor betaald (organist is een gemakkelijk beroep). Omdat organisten schaars zijn speelde ik in meerdere kerken en vergeleek de preken. Daarmee werd het er niet beter op. Ze spraken elkaar tegen en hielden het mistig, zodat je wel moest blijven komen en luisteren...

"Iets"

Uiteindelijk ontstond er bij mij een soort abstract beeld, want dat er "iets" moest zijn waarmee alles te verklaren is, in elk geval de enorme complexiteit van de natuur - wat (nog steeds) niet wetenschappelijk rond te krijgen is - leek me voor de hand te liggen.
Inmiddels heb ik het woord God vervangen door Liefde. In sommige definities van de kerk worden de woorden al uitgewisseld: God is Liefde, God is overal (dus Liefde daarmee ook). Het beeld dat er een soort drijvende kracht is die alles laat gaan zoals het gaat past wel weer gemakkelijk in mijn denken.

“Een ongewoon gesprek met God”

Het boek met die titel van Neale Donald Walsch was voor mij een eye-opener. Ik was al na een paar bladzijden overtuigd. Niet dat ik ineens weer in een god ben gaan geloven, maar wel in de zin van: “eindelijk een beeld dat overeenstemt met mijn manier van denken”. Niet een god gekoppeld aan hel en verdoemenis en Het Laatste Oordeel maar een die “gewoon” Liefde preekt. Zoals overigens in het Nieuwe Testament te lezen is: "het grootste gebod is De Liefde".
De omvang van de boeken van Walsch staat me natuurlijk helemaal niet aan - dus voor de liefhebber, ik heb te leen: drie delen in één band, 820 bladzijden!. Als nieuw.

Het leren van kinderen

De aanleiding voor het schrijven van dit blog staat hier: Leer je kinderen, door Neale Donald Walsch (Teach your children well).
Voor de niet-gelovigen: vervang het woord God door Liefde - dat is voor mij de manier om te kijken of een “gelovige tekst” klopt met mijn opvattingen. Als dat probleemloos kan is het goed.
Er staat heel mooi in beschreven wat werkelijk van waarde is en hoe je kinderen zelfvertrouwen bijbrengt. Iets wat heel veel volwassenen om mij heen helaas node hebben gemist...

Het eerste stukje luidt:

“Leer je kinderen dat ze niets van buiten zichzelf
nodig hebben om gelukkig te zijn,
geen persoon, plaats of ding;
dat echte blijdschap van binnen wordt gevonden
en dat ze zelf volmaakt zijn.”


Geen opmerkingen:

Een reactie posten